Ralph Tuijn (32), Mike Tuijn (34) en Erik Gelauff (39) uit Castricum mountainbiken vanaf 19 december een kleine twee maanden over de langste ijsrivier ter wereld, de Lena. Zij willen 3800 kilometer afleggen en daarmee het wereldafstandrecord fietsen over ijs veroveren.
Tijdens de tocht over de gigantische, bevroren rivier in Rusland komen de expeditieleden op de eerste tweeduizend kilometer om de paar dagen een dorp of kleine stad tegen waar ze voedsel kunnen inslaan. Tijdens de laatste 1800 kilometer liggen de dorpen soms op twee weken reizen van elkaar. "Dat is afzien, maar ook heel leuk", zegt Ralph Tuijn.
"Als er weinig wind staat, is het zelfs lekker fietsen. Zelfs bij strenge vorst voelt het in de zon warm aan en word ik bruin."
Dat plezier verdwijnt als er wél wind staat. Dan kan de temperatuur dalen tot 60 graden onder nul. "Bij die kou blijven we zo veel mogelijk in de speciale tent. Het is dan te koud om te fietsen. Je urine bevriest bij zo'n kou voordat hij de grond raakt. Onze behoefte doen we dan in de tent. In een condoom of plastic zak."
Ook het materiaal -twee mountainbikes met spikebanden en op een speciaal ontworpen bagagefiets met dubbele rijen spikebanden -loopt bij deze kou gevaar: de rubberbanden kunnen breken. Honderd kilometer voor het eindpunt Tiksi -aan de Noordelijke IJszee -bevinden de fietsers zich in het territorium van de ijsbeer. Hiervoor zijn ze bewapend met vuurwerk dat de beren moet afschrikken.
"De dag na mijn afstuderen stapte ik op de fiets om maanden later in China uit te komen. De risico's zijn beperkt omdat we veel ervaring hebben."
Bron: Algemeen Dagblad 2004